Uit dit onderzoek blijkt dat 51% van de Nederlanders voorleest. Vier op de tien niet-voorlezers geven aan voorlezen wel leuk te vinden, terwijl driekwart van de niet-voorlezers zich bewust is van de voordelen van voorlezen. De drie ambassadeurs, Gerda Havertong, Ruben Nicolai en Merel Westrik, spraken op het symposium de ambitie uit de niet-voorlezers dit jaar aan het voorlezen te krijgen, zodat het percentage voorlezers aan het eind van dit jaar hoger is.

Uit de eerste conclusies van het onderzoek naar de stand van het voorlezen, dat in opdracht van Stichting Lezen is uitgevoerd door onderzoeksbureau Intomart Gfk, blijkt dat er voldoende potentieel is onder niet-voorlezers om hen wel aan het voorlezen te krijgen. Ook liggen er kansen om voorlezers aan te zetten kinderen op jongere leeftijd te gaan voorlezen en daar tot oudere leeftijd mee door te gaan. Aan het slot van het Jaar van het Voorlezen wordt de voorleespeiling herhaald, om vast te stellen in welke mate het jaar effect heeft gehad en de ambitie van de voorleesambassadeurs is vervuld.

Merel Westrik

In april gaat een publiekscampagne van start waarin de ambassadeurs elk op hun eigen manier het belang van voorlezen onderstrepen. Gedurende het jaar zijn zij aanwezig bij evenementen die het voorlezen onder de aandacht brengen van een groot publiek, zoals de finale van de twintigste Nationale Voorleeswedstrijd, de prijsuitreiking voor het eerste BoekStart Babyboekje van het Jaar en de Week van de Alfabetisering.
Een van de ambassadeurs, tv-presentatrice Merel Westrik: 'Toen men mij hiervoor vroeg, zei ik meteen "ja", want ik hou echt van voorlezen. Niet alleen vanwege mijn werk, maar ik lees vaak voor aan mijn neefje en nichtje. Mijn moeder is lerares Nederlands. Zij schrijft boeken en heeft mij de liefde voor lezen en voorlezen met de paplepel ingegoten. Jip en Janneke, Astrid Lindgren, de boeken van Roald Dahl, onze hele boekenkast heeft ze aan mij voorgelezen. Inmiddels heb ik van voorlezen min of meer mijn werk gemaakt. Vijftig procent van wat ik doe, bestaat uit het voorlezen van teksten. Of uit het herschrijven van teksten, want alles wat ik moet voorlezen, spreek ik eerst hardop uit. Dan pas blijkt of het goede teksten zijn. Als ambassadeur probeer ik het voorlezen onder de aandacht van zoveel mogelijk mensen te brengen. Ook probeer ik mensen ervan te doordringen dat je van voorlezen niet alleen slimmer wordt, maar dat het ook heel romantisch kan zijn. Bovendien gaan Gerda, Ruben en ik jureren op voorleeswedstrijden. Ik heb het voor mijn werk best druk, maar hier maak ik graag tijd voor vrij.'

Het Jaar van het Voorlezen wordt georganiseerd door de Leescoalitie, een samenwerkingsverband tussen Stichting Lezen, Stichting CPNB, Stichting Lezen & Schrijven en het Sectorinstituut Openbare Bibliotheken. Het onderzoek naar de stand van het voorlezen is uitgevoerd in opdracht van Stichting Lezen Nederland en Stichting Lezen Vlaanderen, met steun van de Nederlandse Taalunie. 

Zie ook de website jaarvanhetvoorlezen.nl.