De VOB start een proefprocedure om een principiële uitspraak te krijgen waarmee het recht om e-books uit te lenen onder het leenrecht kan gaan vallen.
Aanleiding voor de proefprocedure is de conclusie van het in februari verschenen rapport
Online uitlenen van e-books door bibliotheken.Verkenning juridische mogelijkheden en economische effecten van IVIR/SEO. Minister Bussemaker meldde de Kamer op basis van
dit rapport te moeten concluderen dat 'het bestaande Europese kader van richtlijnen op het terrein van het auteursrecht geen ruimte laat voor invoering op nationaal niveau van een wettelijke uitzondering die e-lending door openbare bibliotheken – al dan niet tegen vergoeding – toestaat. Dit betekent dat het uitlenen van e-content door openbare bibliotheken zal moeten plaatsvinden op basis van contractuele afspraken tussen betrokken partijen zoals auteurs, uitgevers, rechtenorganisaties, distributeurs en bibliotheken,' aldus Bussemaker destijds in haar brief aan de Kamer.
De VOB heeft daarom besloten een proefprocedure aan te spannen tegen de Stichting Leenrecht om een principiële uitspraak te krijgen waarmee het recht om e-books uit te lenen onder het leenrecht kan gaan vallen.
De
VOB stelt in een brief aan de leden over de proefprocedure: 'De proefprocedure is niet gericht op wat idealiter wenselijk is, maar op wat juridisch haalbaar is. Juridische erkenning is haalbaar als het gaat om online uitlenen in de vorm van downloaden met tijdelijk gebruiksrecht volgens het model "one copy, one user". De proefprocedure is verder beperkt tot materiaal dat het meest vergelijkbaar is met de boeken die bibliotheken traditioneel uitlenen. Het gaat dus in deze om alleen echte e-books.'
Over de procedure is vooraf contact geweest met Stichting Leenrecht, aldus de VOB. Het Nederlands Uitgeversverbond (NUV) heeft inmiddels besloten tussen te komen in de procedure. Lira, de auteursrechtenorganisatie voor auteurs, overweegt dat ook te doen.
In de proefprocedure wordt gevraagd eerst vragen van uitleg te stellen aan het Hof van Justitie der Europese Unie, zo meldt de VOB over de procedure. Het Hof heeft in het zogeheten
UsedSoft-arrest namelijk uitspraak gedaan waarin werd bepaald dat een gedownload software programma, waarmee de gebruiker in principe een onbeperkt gebruiksrecht heeft gekregen, mag worden doorverkocht. De Nederlandse overheid kan geen prejudiciële vragen stellen aan het Europese Hof van Justitie, maar een private partij als de VOB kan zich echter wel tot de rechter wenden met het verzoek aan het Eurooese Hof vragen te stellen over de Europese richtlijn, omdat daar net het UsedSoft-arrest alle aanleiding voor is, aldus de VOB.
De VOB stelt op het gebied van het online uitlenen van e-books een tweesporenbeleid te volgen: enerzijds sluit de VOB met uitgevers die daartoe bereid zijn, licenties af over alle gewenste vormen van beschikbaar stelling van e-books, anderzijds wenst de VOB principiële erkenning van de rol van bibliotheken bij online beschikbaar stellen van digitale informatie.
De proefprocedure start op 19 juni 2013 bij de Haagse Rechtbank.