HomeNieuwsNieuwsoverzichtBericht
voetnoot
Koppelingen met poëzie
Ilona Verhoeven
15-11-2014
Komend voorjaar bestaat Huis van Gedichten in Den Haag tien jaar. Opgericht om poëzie- en taalplezier aan te wakkeren bij jongeren, zijn er inmiddels workshops en projecten voor alle leeftijden. In samenwerking met andere culturele instellingen, scholen en bibliotheken is er een grote diversiteit aan activiteiten.
Koppelingen met poëzie
‘We beginnen met poëzie voor tweejarigen’, zegt Trees Steeghs, oprichter en directeur van Huis van Gedichten in Den Haag. De ‘workshops’ voor peuters zijn al jaren een succes en bij haar favoriet. ‘Het is zo ontzettend leuk, ook om erbij te zijn.’ Jas van Taal is de naam van het project, waarin de dichters in de dop met een ‘speelkastje’ en prentenboeken spelenderwijs gedichtjes uit hun hoofd leren. ‘Zo ondervinden ze dat taal heel leuk is’, licht Steeghs toe. ‘Tegelijkertijd krijgen ze bevestiging in hun taalgebruik en worden ze uitgedaagd om woorden te leren, maar ook om ze zelf te bedenken.’

Basisstructuur
Steeghs hoopt voor de kleintjes van twee en drie een ‘poëzielijn’ uit te kunnen zetten in samenwerking met bibliotheken in het hele land. Het is nu nog een idee voor een partnerschap, maar als het lukt, is het een van de vele activiteiten van Huis van Gedichten die tot stand komen in samenwerkingsprojecten: met scholen, cultureel-maatschappelijke organisaties en bibliotheken.

De organisatie begon in 2005 en zit inmiddels voor het tweede jaar in de gemeentelijke basisstructuur van Den Haag. ‘Het is een erkenning van de waarde van onze activiteiten’, vindt Steeghs die in de subsidietoekenning bijna nog meer aanleiding voor een feestje ziet dan het tienjarig jubileum, komend voorjaar. De vaste financiering zorgt dan ook voor de gelukkige omstandigheid een goed programma neer te kunnen zetten zonder voortdurend te moeten denken of het allemaal wel te betalen is. De leerlingen van de Jan Ligthartschool, op de grens van de Haagse Schilderswijk en de Stationsbuurt, plukken daar nu al de vruchten van. Er loopt tot en met eind 2014 een proefproject, waarin ze zich gericht bezighouden met dichtkunst. Met de docent van het Huis van Poëzie, die wekelijks bij alle klassen een heel uur langskomt, vinden de leerlingen aanknopingspunten om op een creatieve en losse manier met taal bezig te zijn.

Huis van gedichten 1 Huis van gedichten 2
Poëzieprojecten voor kleuters en scholieren

Lof voor lef
‘Er zijn leerlingen bij die taal als vijand ervaren’, vertelt Steeghs. ‘Als je een zwakke woordenschat hebt en zogezegd “strak in je woorden” zit, dan is het belangrijk je relatie met taal te verbeteren.’ De angst om iets niet goed te zeggen, kan mensen echt parten spelen, weet ze. En juist die onzekerheid mag overboord gezet, want, zo is de gedachtegang, in een gedicht kun je gewoon doen wat je gevoel je ingeeft.

Huis van Gedichten is een goede bekende in de Haagse Schilderswijk, waar vooral in de begintijd veel is samengewerkt met de Johan de Witt School. Steeghs: ‘We beperken ons niet tot taalarme kinderen, maar we vinden het heel belangrijk om wat we doen ook voor hun geschikt te maken.’ Zodoende doet Huis van Gedichten, net als de landelijk werkende School der Poëzie, nog steeds veel in buurten waar taalachterstand aan de orde van de dag is. ‘Lof geven om lef te krijgen’ is volgens Steeghs daar een beproefde werkwijze. ‘Als iemand weinig woorden kent, maar lef krijgt, dan kun je veel bereiken.’

Krassen
Poëzie kan helpen taalgevoel te ontwikkelen, het leven in perspectief te zien en om in de grote stad verbindingen tussen bewoners te bewerkstelligen. Dat is kortgezegd het achterliggende idee van het programma van Huis van Gedichten. Er is een team van zo’n tien specialisten. Omdat Steeghs zelf ook nog steeds les geeft, blijft ze er getuige van dat taal een worsteling kan zijn. Pas nog, toen een meisje een blaadje met onleesbare vlekken inleverde. Zorgvuldig doorgekraste woorden. ‘Ja, dat gebeurt soms’, zegt ze met spijt in haar stem. ‘Echt heel jammer, ik merkte het pas aan het eind, dus dit keer was het niet meer te redden. Meestal ben ik er op tijd bij en praat ik met zo iemand om het krassen te relativeren. Want hoe kun je schrijven als je voortdurend meteen oordeelt over je woorden?’

Programma en samenwerking
‘We zitten in de aanloop naar een heel drukke periode’, gaat Steeghs enthousiast verder. ‘We hebben op het moment weer een nieuw project: De etalage, als onderdeel van de culturele koopzondagen in Den Haag.’ En dan is er het ‘vaste aanbod’, waarin voor bijna elk wat wils te ontdekken is. Naast de activiteiten voor mensen die Nederlands als tweede taal hebben, is er het ouderenproject Uit de eerste hand, waarin herinneringen vastgelegd worden in gedichten en poëzie de aanleiding vormt voor nieuwe ontmoetingen.
De scholierenactiviteiten leiden tot leuke samenwerkingsverbanden met de literaire festivals in de stad. Steeghs: ‘Deze maand wordt er een film opgenomen met leerlingen, die vertoond wordt tijdens Crossing Border.’ Een aantal leerlingen steelt ieder jaar weer een hele avond de show in het Theater aan het Spui in Den Haag. ‘Een selectie gaat dan in de nacht van Writers Unlimited het podium op.’
Voor kinderen is er veel aanbod in het kader van school, zoals Poëzie in de klasen Ga met een blauw paard dwars door de hoogste bergen, een leerlijn poëzie schrijven en lezen voor het voortgezet onderwijs, waarbij een belangrijke rol is weggelegd voor de bibliotheek.

Verschillende culturen
Thea Schellekens heeft als projectleider Emancipatie/Participatie bij de Bibliotheek Den Haag de afgelopen jaren onder andere in de Haagse Schilderswijk diverse poëzieprojecten gedaan, ook in samenwerking met Huis van Gedichten. Ze bevestigt dat dit soort projecten, zeker in buurten die gekenmerkt worden door verschillende culturen en talen, zeer succesvol zijn. ‘Blijkbaar zijn mijn woorden de moeite waard’, vat Schellekens de deelnemersreacties samen. ‘Tachtig á negentig procent van de wijkbewoners is van niet-Nederlandse afkomst’, vertelt ze over het Haagse Transvaalkwartier, waar ze nu in het wijkfiliaal van de bibliotheek werkt.

Schellekens kijkt met plezier terug op verschillende themaprojecten waaronder Huilen in Den Haag en het project Het land dat in mij woont. ‘Mensen hechten er echt waarde aan. Met weinig woorden kun je heel veel zeggen, dat vind ik heel mooi en krachtig. En het geeft ook zelfwaarde. Er zijn heus niet altijd volzinnen nodig.’

Koppeling
‘Mijn poëziekoffertje, zo noem ik het maar, staat altijd klaar, alleen is het schipperen nu er minder medewerkers zijn’, zegt Schellekens. Ze juicht het toe dat juist de bibliotheek meer aandacht geeft aan poëzie. Ze raadt collega’s aan om bij thema’s en zaken die toch al op de agenda staan, aan te haken met poëzieprojecten. ‘Op 8 maart is in het kader van internationale vrouwendag altijd een goede aanleiding te vinden voor een workshop’, vindt Schellekens, die zelf veel activiteiten gedaan heeft met vrouwen met diverse achtergronden.
‘Er wordt veel gekeken naar wat vernieuwend en innovatief is. Het leukste zou zijn als er aan al dat vernieuwende iets heel ouds en succesvols als poëzie toegevoegd kan worden, naar dat soort koppelingen ben ik altijd een beetje op zoek.’

Het lijkt er echter op dat door de bezuinigingen de poëzie een beetje in het verdomhoekje terechtkomt. Maar Schellekens past ervoor de dichtkunst te laten vervliegen. ‘Het zijn golfbewegingen. Poëzie zal nooit ineens verdwijnen. Heel veel culturen hechten er een bijzondere waarde aan, in Nederland krijg je het helaas niet zomaar met de paplepel ingegoten.'

Auteur: Ilona Verhoeven
Foto´s: Huis van Gedichten



Print deze pagina

Reacties op dit artikel (0)

Er zijn nog geen reacties.

Schrijf een reactie

Naam
E-mailadres (?)
Reactie
 

Gerelateerde informatie