HomeNieuwsNieuwsoverzichtBericht
voetnoot
Rechtwijzer helpt Tilburgers
Yvonne Sinkeldam en Hanneke Schut
21-06-2019
Begin dit jaar is het gratis juridisch spreekuur Rechtwijzer van start gegaan in de LocHal in Tilburg. Het betreft een initiatief van de Bibliotheek Midden-Brabant, gemeente Tilburg, Rechtswinkel Tilburg, Juridische Hogeschool Avans & Fontys, het Juridisch loket Tilburg en de Raad voor Rechtsbijstand.
Rechtwijzer helpt Tilburgers
De partners werken samen om mensen zo vroeg mogelijk tijdens het ontstaan van problemen op weg te helpen. Uitgangspunt hierbij is mensen in staat te stellen het heft in eigen handen te nemen en zelf keuzes te maken. Het juridisch spreekuur biedt ondersteuning wanneer daar behoefte aan is. Het is bedoeld om te helpen bij het maken van een keuze wanneer er een probleem of conflict is ontstaan of wanneer een situatie dat dreigt te worden. Rechtwijzer adviseert burgers over welke stappen zij kunnen zetten om juridische problemen op te lossen. De website geeft informatie en wijst de weg bij de meest voorkomende onderwerpen: uit elkaar gaan, werk, schulden, overheid, wonen en consumentenzaken. De bezoeker krijgt overzicht, adviezen en tips en er wordt duidelijk gemaakt waar je als burger naartoe kunt.

Stimuleren en toerusten
‘De Bibliotheek Midden Brabant is er om de wereld van mensen groter te maken’, vertelt Moniek Wegman, hoofd Producten & Diensten van de bibliotheek. ‘Wij stimuleren en organiseren het creëren, delen en toegankelijk maken van kennis en verhalen. Dit doen we aan de hand van de collectie, het bieden van een podium en het creëren van een werkplaats. En altijd samen met andere organisaties en onze gebruikers. We zijn er om mensen te stimuleren en toe te rusten. Onder dit laatste valt de Rechtwijzer. Zo nodigden we de partners van de Rechtwijzer uit om als expert bij te dragen aan de juridische collectie en worden zij betrokken bij de programmering rondom de Rechtwijzer. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een workshop Hoe stel je een bezwaarschrift op?’
De bibliotheek maakt zich hard voor een programmering die aansluit bij de wensen en behoeften van de bezoekers; een gemêleerd publiek. ‘Dat is nog wel eens een uitdaging’.

Lokaal en op maat
Het initiatief past in de herziening van de sociale rechtsbijstand zoals minister Dekker dit heeft voorgesteld in de Kamerbrief over de modernisering [pdf] van de sociale rechtsbijstand. Voor mensen die minder zelfredzaam zijn wordt meer ingezet op laagdrempelige voorzieningen in de wijk, bijvoorbeeld in bibliotheken of wijkcentra. Als er meer specialistische hulp nodig is, volgt een verwijzing naar aanbieders van rechtshulppakketten. Waar nodig en mogelijk wordt hulp zoveel mogelijk integraal vormgegeven, met een goede verbinding tussen het juridische en het sociale domein. Op dit moment komt de samenwerking tussen verschillende hulpverleners (advocaten, wijkteams, sociaal raadslieden, GGZ en schuldhulpverleners) nog onvoldoende tot stand.
De rechtsbijstandverlening moet aansluiten op de lokale netwerken van sociale en andere hulpverlening. Dit vraagt om maatwerk omdat de sociale hulpverlening per gemeente anders is georganiseerd. Naast de sociale wijkteams zijn er in gemeenten Rechtswinkels, sociaal raadslieden en/of andere lokale initiatieven waar mensen kosteloos juridisch advies en andere hulp kunnen krijgen. Het kabinet wil zo goed mogelijk aansluiten bij deze bestaande structuren.

Samenwerking
John Lousberg, docent Juridische Hogeschool Avans & Fontys omschrijft het ontstaan van de samenwerking als een kwestie van ‘de juiste plek, het juiste moment’. ‘We kenden elkaar al via via. Naast mijn functie als docent ben ik actief als bestuurslid van de Rechtswinkel Tilburg. De landelijke projectleider Rechtwijzer van de Raad voor de Rechtsbijstand ken ik ook door mijn werkzaamheden als bestuurslid.’ Lousberg geeft aan dat de welbekende klik er met de samenwerkingspartners van begin af aan is geweest, net zoals de gedeelde motivatie deze proeftuin tot een succes te maken. ‘Elke partner draagt naar kunnen zijn of haar steentje bij.’
Wegman en Lousberg onderstrepen het belang van de rol van de gemeente in het samenwerkingsverband. De laatste: ’Het opent toch op bepaalde manieren deuren. Erg belangrijk dat je de steun van de gemeente hier in krijgt. Het maakt dat de samenwerking soepel verloopt.’
‘Het is belangrijk samen met de gemeente te werken aan preventief aanbod, bijvoorbeeld met het indienen van een bezwaarschrift’, zegt Wegman. ‘Netwerk en expertise komen in deze proeftuin bij elkaar. Voor de juristen biedt deze constructie toegang tot een organisatie die laagdrempelig is en waar ook mensen van de beoogde doelgroep komen.’

Communicatie
Van tevoren was het lastig inschatten hoeveel inwoners er tijdens het wekelijkse spreekuur zouden komen. ‘We zijn low profile begonnen’, aldus Wegman, die het belang van interne communicatie benadrukt. ‘Ik heb de proeftuin intern aan alle medewerkers toegelicht, zodat zij op de hoogte zijn en bezoekers kunnen toeleiden. De studenten en stagiaires die de spreekuren ondersteunen, dragen herkenbare kleding. We ontvangen nu gemiddeld twee tot drie vragen per spreekuur. De plaats in de bibliotheek waar je het spreekuur organiseert blijkt minder van belang; een goede wegbewijzering en promotie is dat zeker wel.’

Signaleren lage basisvaardigheden
‘Wij leveren vanuit de Hogeschool de studenten voor het spreekuur’, zegt Lousberg, die ziet dat de studenten tijdens de twintig weken durende stage een groei doormaken doordat ze hun kennis en kunde in de praktijk kunnen brengen. ‘We denken er ook over na maatschappelijk studies bij dit project te betrekken.’ Studenten kunnen ook meedenken over bijvoorbeeld programmering of hoe de verbinding te maken tussen het spreekuur en aanbod in de bibliotheek.
Hij vertelt dat studenten het herkennen en signaleren van lage basisvaardigheden redelijk af gaat. ‘Het bespreekbaar maken van beperkte basisvaardigheden is soms wel heel moeilijk.’ De studenten zijn zonder uitzondering intrinsiek gemotiveerd om mensen te helpen en te ondersteunen. Om een verbindende factor in de bibliotheek te kunnen zijn, moeten ze wel het aanbod en de programmering van de bibliotheek kennen.
Lousberg ziet ook een landelijke rol weggelegd voor het onderwijs: hogescholen kunnen naast studenten ook een bijdrage leveren om vrijwilligers te trainen. De hogescholen hebben in principe gezamenlijk een landelijke dekking voor wat betreft het aanbod van studenten. In de regio’s waar weinig studenten voorhanden zijn, zijn vrijwilligers een welkome aanvulling voor eventuele opschaling met betrekking tot dit type proeftuin.

Luisterend oor
Stagiaire Rechtswinkel Tilburg Vera van Poppel over haar ervaringen met het spreekuur: ‘Soms verwachten mensen een kant-en-klaar antwoord. De verwachting van de cliënt is dus soms anders dan wat we vanuit het spreekuur kunnen bieden. Ik merk ook dat cliënten vaak heel blij zijn als ik even met ze meedenk, een luisterend oor bied. Ze vinden het fijn om met iemand over hun probleem te kunnen praten. In mijn rol is logisch nadenken, luisteren, tussendoor goed samenvatten en indien mogelijk doorverwijzen belangrijk.
Jeroen Jaspers, teamleider Rechtswinkel Tilburg, vindt dat het juiste antwoord vaak niet het meest lastige is: ‘Welk probleem er achter zit wel’.
Van Poppel: ‘Ik maak hierbij niet altijd gebruik van de Rechtwijzer. Ook is het belangrijk mensen niet te veel toe te zeggen, waardoor ze op een later moment teleurgesteld kunnen raken. Cliënten hebben vaak ook heel gedetailleerde vragen. Daar is de Rechtwijzer minder geschikt voor. Het komt ook voor dat iemand voor hulp komt omdat hij of zij zich tekort gedaan voelt, bijvoorbeeld in de GGZ. Dan bel ik de hulplijn van de Rechtswinkel om te overleggen hoe we deze cliënt het beste kunnen helpen. Zo hebben we een keer doorverwezen naar een organisatie die onafhankelijke cliëntondersteuning biedt binnen het domein Zorg.
Doorverwijzen kan altijd, maar hierbij moet altijd in het oog gehouden worden of iemand een laag inkomen heeft of niet. Afhankelijk daarvan kan iemand terecht bij het Juridisch Loket, de Sociaal Raadslieden en de Rechtswinkel. Bij een te hoog inkomen zal iemand sneller naar een advocaat verwezen worden.’

Werken aan vertrouwen
Lousberg: ‘We kijken nu of we met de Rechtwijzer mensen in de bibliotheek kunnen bereiken om hen zelfstandiger te maken. Rechtwijzer moet mensen stimuleren om zelf de eerste stappen te zetten, waarbij nog geen professionals nodig zijn. Nu komen er vaak mensen die de eerste stappen al hebben gezet en meer advies komen halen.’
Jaspers: ‘Er komen al heel veel mensen in de bibliotheek. Er wordt al veel gedaan voor de doelgroep, mooie mix van jong tot oud. Nu de verbindingen nog leggen!’
Wegman: ‘Dit kan door studenten bekend te maken met het aanbod, studenten moeten proactief zijn. Ze kunnen een training Herkennen en signaleren van stichting Lezen & Schrijven volgen en ze kunnen worden getraind in het bespreekbaar maken van beperkte basisvaardigheden. Het zou mooi zijn als dit vast in het curriculum wordt opgenomen.’
Jaspers: ‘We zijn uit op samenredzaamheid, vanuit een preventief stadium. Vertrouwen is een basis die je moeilijk krijgt, maar die wel heel belangrijk is. Dit kost tijd. Het probleem van het niet bereiken van de doelgroep is een “spannende”: preventief inzetten van de Rechtwijzer door de cliënt duidelijk te maken dat ze veel eerder moeten en kunnen aankloppen. Dus wat mij betreft meer PR, maar de cliënt moet ook zelf gaan bedenken dat je bij de Rechtwijzer terechtkunt. Dit kunnen we bereiken door in te zetten op toeleiders en tussenpersonen. Via onder andere jongerenwerk, begeleid wonen, zorginstellingen en Vertrouwenspersonen. We moeten daar onder de aandacht zien te blijven.’

Uitdaging
Jaspers noemt als knelpunt dat mensen te laat met hun probleem komen. ‘We moeten meer inzetten op een preventief aanbod. Dat betekent dat we activiteiten meer aan elkaar gaan verbinden en een totaalaanbod voor de doelgroep neerzetten. We zien in de praktijk een aantal cliënten die niet digitaal vaardig zijn.’
Wegman: ‘We kunnen in dat geval een verbinding maken met de opstartende digicafés’.
Lousberg: ‘De doelgroep waar de Rechtwijzer op mikt, bereiken wij weinig. Dat zijn mensen die niet erg zelfredzaam zijn, over weinig basisvaardigheden beschikken. Mensen die moeite hebben wat er te vinden is op juridisch terrein. Minder geletterde mensen die de taal niet spreken, niet digivaardig zijn. Nu bereiken we mensen die het eigenlijk zelf wel kunnen vinden, maar vooral nog een extra advies komen halen.’
Jaspers: ‘Mensen komen met een specifiek probleem. Daar is de Rechtwijzer eigenlijk niet voor. Deze mensen worden wel geholpen waar we kunnen.’
Wegman: ‘Het zou mooi zijn als we een hoger bereik onder de NT1-doelgroep kunnen realiseren. Het is een proeftuin. We hebben nu nog niet een heel hoog en juist bereik, maar we geven het met elkaar een kans.’

Doorontwikkeling
Jaspers: ‘We registreren en monitoren de vragen die binnenkomen. We kunnen de Rechtwijzer aanvullen naar aanleiding van de binnen gekomen vragen. Dit zal met name door de Raad voor Rechtsbijstand gebeuren.’
Lousberg: ‘De Rechtwijzer vormt een goede basis; het zou de start moeten zijn om vanuit daar verder te googelen.’
Jaspers: ‘De Rechtwijzer bevat nog weinig informatie over huurrecht en sociale zekerheid. Mensen zijn nog wel eens zoekende binnen persoons- en familierecht en het ontslagrecht. Deze twee rechtsgebieden zijn goed opgenomen in de Rechtwijzer.’
Volgens Lousberg zal een goed werkende zoekfunctie in de Rechtwijzer van meerwaarde voor de gebruiker zijn.
De Bibliotheek Midden-Brabant is een van de koploperbibliotheken binnen het landelijke traject Digitale inclusie. Moniek Wegman geeft aan in dat kader specifiek in te willen zetten op de gemeente Loon op Zand en daar dan ook zeker de mogelijkheden te verkennen het spreekuur Rechtwijzer ook daar aan te bieden. ‘Experimenteren hoe we ook daar de verbinding kunnen maken.’

Tekst: Yvonne Sinkeldam en Hanneke Schut


Print deze pagina

Reacties op dit artikel (0)

Er zijn nog geen reacties.

Schrijf een reactie

Naam
E-mailadres (?)
Reactie