De samenwerking tussen basisscholen en bibliotheken is van alle tijden en krijgt vorm op diverse manieren. Het kan gaan om traditionele klassenbezoeken, leskisten, programma’s als
De Rode Draad, Biebsearch Junior en
boek1boek, met als de meest vergaande vorm van samenwerking:
Bibliotheek op de Basisschool van
Kunst van Lezen. Hierbij komt een actuele, gevarieerde collectie in de school te staan. Een leesconsulent (een professionele bibliotheekmedewerker) helpt bij het collectioneren en presenteren van de materialen en maakt samen met de leescoördinator van school een schoolleesplan.
Het SIOB, geflankeerd door Stichting Lezen, is momenteel bezig om alle programma’s die bedoeld zijn voor de ondersteuning van het lezen in het primair onderwijs samen te brengen onder de noemer de Bibliotheek
op school. ‘Wij doen er als het ware een strik omheen en bieden dit totaalpakket aan op de Nederlandse OnderwijsTentoonstelling in januari 2013’, zegt projectmanager Jellie Tiemersma.
Viertrapsraket
Hoe de samenwerking tussen school en bibliotheek ook wordt ingevuld, altijd moeten er beleidskeuzes worden gemaakt. Welke dat kunnen zijn, daarover laten de congresgangers zich informeren in de Kasteelboerderij van het Arnhemse Openluchtmuseum. Zij horen van dagvoorzitter Thomas van Dalen dat de samenwerking idealiter in vier fasen gestalte krijgt. Eerst onderzoekt de bibliotheekdirecteur hoe hij kan aansluiten bij het curriculum van de school en het taalbeleid van de gemeente. Ook polst hij de interesse bij onderwijskoepels en/of schoolbesturen, schuift aan tafel bij de gemeente en zoekt aansluiting bij de Lokale Educatieve Agenda. Dan volgt een voorbereidende fase, waarin een aantal beslissingen op hrm- en ict-gebied wordt genomen. In deze fase worden bijvoorbeeld leesconsulenten geschoold en wordt het uitleensysteem gekozen. In de implementatiefase gaat het project dan op school van start, met bijvoorbeeld het aanschaffen van een nieuwe collectie. In de laatste fase worden data verzameld, geanalyseerd en geëvalueerd. Wat heeft de samenwerking tussen bibliotheek en school beide opgeleverd?
Maatschappelijke winst
Samenwerking tussen bibliotheek en basisschool levert altijd maatschappelijke winst op, betoogt Kees Broekhof van onderzoeks- en adviesbureau Sardes. Hij vertelt dat vrij lezen veel bijdraagt aan de taalontwikkeling van kinderen en onderbouwt zijn verhaal met de nodige cijfers. Zo kan een kwartier vrij lezen per dag ertoe leiden dat kinderen ongeveer duizend nieuwe woorden per jaar leren. Bovendien is vrij lezen ook goed voor het begrijpend lezen, technisch lezen, de schrijfstijl van kinderen, spelling en kennis van grammatica. Leesbevorderingsprogramma’s van bibliotheken kunnen dus veel bijdragen aan de taalresultaten van kinderen, stelt hij. Bovendien kunnen bibliotheken aantonen dat vrij lezen écht werkt met behulp van het
monitorinstrument de Bibliotheek
op school dat momenteel op zeventig scholen wordt uitgetest en in 2012 voor alle bibliotheken beschikbaar komt. Het door
Kunst van Lezen ontwikkelde instrument bestaat uit drie vragenlijsten: een voor leerkrachten,een voor leerlingen en een voor de leesconsulent. Als scholen de uitkomsten grondig analyseren en afzetten tegen de oude situatie - waarin nog niet (intensief) met de bibliotheek werd samengewerkt - zien zij veranderingen in het lees- en leengedrag van kinderen en het leesbevorderend gedrag van leerkrachten. Deze informatie wordt gebruikt als basis voor afspraken met het team over leesbevordering.
Gelderse good practices
In Gelderland worden, onder invloed van
Kunst van Lezen, de laatste jaren de banden met het onderwijs stevig aangehaald, signaleert Ingrid Bon, consultant Jeugdbibliotheekwerk en Leesbevordering bij Biblioservice Gelderland. ‘Er is een enorm enthousiasme bij scholen en bij leerkrachten. Biblioservice heeft al een groot aantal bibliotheekmedewerkers opgeleid, die leerkrachten kunnen trainen tot leescoördinator. Zij kunnen de ruim 850 basisscholen voorzien van zulke trainingen. Andere goede Gelderse voorbeelden zijn: de Bibliotheek Gelderland Zuid heeft het plan om in steeds meer basisscholen aanwezig te zijn; met verscheidene scholen zijn al concrete afspraken gemaakt. In Tiel en Duiven zijn inmiddels bibliotheken gevestigd in scholen. De Graafschap Bibliotheken hebben de dvd
Plezier in taal gemaakt en verspreid in hun werkgebied. Bibliotheek Rivierenland heeft in Tiel, Geldermalsen en Culemborg combinatiefunctionarissen in dienst, die zich bezighouden met leesbevordering en mediawijsheid. Bovendien is deze bibliotheek in 2006 al gestart met het neerzetten van een doorgaande leeslijn in het basisonderwijs met behulp van het leesbevorderingsprogramma
De Rode Draad. En de Bibliotheek Veluwezoom heeft met de Prinses Beatrixschool in Wolfheze afgesproken dat deze school een bibliotheek krijgt. Inmiddels heeft directeur Lianne Busser een leesconsulent in dienst genomen; zij is wekelijks op school om samen met de leescoördinator een schoolleesplan te maken. De school heeft een nieuwe boekenkast besteld en hoopt snel van start te gaan.’
Snijden in eigen vlees
De Arnhemse conferentie wordt bijgewoond door zo’n 120 Gelderse bibliotheekdirecteuren, bibliotheekmedewerkers, schoolbestuurders, schooldirecteuren, leerkrachten, wethouders en ambtenaren. De discussie gaat er, niet verrassend, vooral over de vraag of gemeenten bereid zijn in de samenwerking tussen bibliotheek en onderwijs te investeren. Een wethouder geeft aan dat er heel kritisch gekeken moet worden naar de financiën, maar dat het voorkomen en aanpakken van laaggeletterdheid tegelijkertijd hoge prioriteit heeft. Een andere wethouder wil eerst wel eens een toekomstvisie horen van de bibliotheek, voordat hij investeert in ‘weer een hallelujaverhaal’. ‘Waar staat de bibliotheek over tien jaar? En past dit verhaal over schoolbibliotheken daarin?’ Een optimistische schooldirecteur is ervan overtuigd dat ‘het geld uiteindelijk vanzelf wel komt, als je een goed plan hebt’. En waar de een vindt dat boeken sowieso hun langste tijd wel hebben gehad, gelooft de ander dat scholen zeker de komende twintig jaar nog vooral met papieren boeken zullen werken en dat ‘traditionele’ leesbevordering dus nuttig blijft. De meeste aanwezigen zijn het er overigens over eens dat een goed leesbevorderingsbeleid niet gerealiseerd kan worden zonder een financiële impuls van de gemeente. Ook de opvatting dat bibliotheken in hun eigen vlees moeten snijden als ze kiezen voor een intensieve en duurzame samenwerking met het primair onderwijs, wordt breed gedeeld. Een bibliotheekdirecteur: ‘We moeten nu eenmaal keuzes maken’. Een wethouder: ‘Meer doen met minder geld: dat blijft de uitdaging voor de komende jaren’.
In november worden nog twee regionale conferenties over de Bibliotheek
op school georganiseerd. Zie de
website van Kunst van Lezen.
Tekst: Femke van den Berg