De bestuurlijke en ambtelijke drukte in het openbare bibliotheekwerk is te groot. We horen het al jaren. Drie overheidslagen met op elke laag gesubsidieerde instellingen. En drie is eigenlijk zes: de laag van ambtenaren en de laag van bestuurders.
We hebben:
- Bibliotheken op de gemeentelijke laag, met ca. € 457 miljoen aan gemeentelijke subsidies (peildatum 2010, dus voor de bezuinigingen).
- PSO’s en PDO’en* (samen provinciale netwerken) op de provinciale laag, met ca. € 52 miljoen aan provinciale subsidies (peildatum 2012).
- SIOB en BNL op de landelijke laag, met ca. € 24 miljoen aan rijkssubsidies: ca. € 6 miljoen voor besteltaken (wordt in 2013 ca. € 3 miljoen) en ca. 18 miljoen voor de opdrachttaak digitale bibliotheek.
En dan niet te vergeten op landelijk niveau ook andere instellingen en bedrijven, zoals de belangenclubs van overheidslagen: VNG en IPO. En de adviesorganen, zoals de Raad voor Cultuur. En de SPN. En de VOB. En de bibliotheekleveranciers, zoals NBD/Biblion, HKA en Infor.
We kunnen dus meteen al eenvoudig vaststellen dat de bestuurlijke drukte het grootst is waar de minste subsidie omgaat: het rijksniveau. En het kleinst waar de meeste subsidie omgaat: het gemeenteniveau.
Ik ben een PSO/PDO-mens. Begonnen in 1980 bij de PBC Noord-Holland. De decentralisatie van rijksgelden eind jaren tachtig meegemaakt. Meteen al vaak te horen gekregen dat de bestuurlijke drukte te groot is en de provinciale laag wel wegkan. Het fusieproces van de PBC’s Noord- en Zuid-Holland (en het ontstaan van ProBiblio) in de jaren negentig, als secretaris van de fusiewerkgroep, van dichtbij ervaren. Daarna directiesecretaris bij ProBiblio toen de officiële bibliotheekvernieuwing begon, met in 2001 het Koepelconvenant van OCW, IPO en VNG. Sinds 1988 ook ambtelijk secretaris van het Noord-Hollandse PDO, de SOOB NH. En van 2003 af BOZH erbij.
Daarnaast sinds 2001 ambtelijk secretaris van de Vereniging PBC’s, die na opheffing in 2004 - en een intermezzo van vijf jaar met alleen informeel overleg - in 2009 (met nieuwe directeuren) is overgegaan in de SPN.
Welke laag kan eruit?
Wie die vraag stelt, moet eerst bedenken dat er gemeenten bestaan die meer inwoners hebben dan sommige provincies. Amsterdam, Rotterdam en Den Haag zijn groter dan Flevoland, Zeeland en Drenthe. Amsterdam is zelfs groter dan Groningen en Friesland. De samenstelling van de gemeentelijke en provinciale laag is zeer uiteenlopend. Ook worden veel basisbibliotheken door meerdere gemeenten bekostigd en werken ze dus op regionaal niveau. In feite een vierde laag, zij het zonder eigen subsidie.
Gemeentelijke laag flink minder
Mijn eerste PBC-directeur, Hans Mozes, was groot voorstander van een model waarbij alle bibliotheken in gemeenten tot 100.000 inwoners verplicht zouden zijn aangesloten bij een PBC (in plaats van 30.000 inwoners). Dan hadden we in Noord-Holland slechts vier werkgevers gehad: de bibliotheken van Amsterdam, Haarlem en Zaandam en de PBC. Hans zijn model was het Engelse county-model. Niet helemaal twee lagen dus, maar wel bijna: een paar grote gemeenten, provincies en rijk. Flink wat minder drukte. Maar in plaats van minder werkgevers hebben we na de door OCW gestimuleerde basisbibliotheekvorming meer werkgevers dan ooit tevoren.
De Raad voor Cultuur pleitte in 1998 voor twee lagen: een regionale laag van bibliotheken met werkgebieden van 400.000 tot 500.000 inwoners (dus de omvang van kleine provincies). Die moesten bekostigd worden door gemeenten en provincies samen. Daarnaast de landelijke laag. Zowel door overheden als de bibliotheekbranche afgeschoten, maar nog steeds een goed idee. Alleen in de provincie Groningen is het gelukt dit idee vorm te geven.
Provincielaag eruit: naar boven of beneden
De huidige Raad voor Cultuur pleit voor verder opgaan van de PSO’s (die al bezig waren of zijn met interprovinciale schaalvergroting) in de SPN. En daarna van samenvoegen van SPN en BNL in een LSO. Het provinciegeld moet dan gecentraliseerd worden naar het rijk en door OCW via het SIOB aan die LSO worden verstrekt.
Nadeel is dat de afstand van de LSO (en SIOB) tot de gedecentraliseerde basisbibliotheken met culturele ondernemers aan het hoofd (een situatie die de staatssecretaris wil handhaven) vele malen groter is dan tussen PSO’s en basisbibliotheken. Voordeel is dat er geen overheadkosten van PSO’s meer zijn.
Het provinciegeld kan ook gedecentraliseerd worden in plaats van gecentraliseerd. Stadsbibliotheken (die zichzelf jarenlang 'centrumbibliotheken' hebben genoemd) hebben er vaak voor geijverd. Geef het provinciegeld maar rechtstreeks aan bibliotheken in plaats van aan de PSO, 'dan komt alles vanzelf goed en kopen we als cultureel ondernemer in waar we dat het beste of goedkoopste kunnen doen.'
Landelijke laag eruit
Erik Jurgens, oud-voorzitter van de VOB, noemde de ontvlechting (creëren SIOB en BNL en de omvorming van de oude VOB tot een nieuwe VOB) een idioot idee: “Je koopt er niks mee, het gaat miljoenen kosten, er ontstaan drie besturen en vervolgens moet je het daarna allemaal weer coördineren.”
Ik ken een oud-PSO-directeur die het een zegen voor het land had gevonden als OCW zich niet met bibliotheekwerk had bemoeid. Want dan hadden de bibliotheken zelf moeten bedenken hoe ze in deze tijd van digitalisering effectiever en efficiënter hadden willen worden.
Ik ken bibliotheekdirecteuren die naar twee lagen willen: de gemeente en de provincie. Laat OCW zijn subsidie rechtstreeks aan de SPN t.b.v. de PSO’s verstrekken. De activiteiten van BNL (bedoeld als tijdelijke stichting) kunnen dan opgaan in de SPN. Het SIOB kan fuseren met de VOB (mooie klus voor bureau Berenschot, dat ik ken van de fusie van de PBC’s Noord- en Zuid-Holland, interimmanagement bij ProBiblio en de ontvlechting van de VOB).
Kamercommissie OCW: het is nog niet te laat: de bestuurlijke drukte is het grootst op landelijk niveau en de vermindering kan daar dus het beste beginnen.
Harmonie
Chris Wiersma van de nieuwe bibliotheek Almere bepleitte in zijn laatste 'Oorlog der concepten' in het papieren
Bibliotheekblad 3/2012 geen energie te stoppen in vermindering van drukte, maar op basis van een nieuwe
Agenda voor de toekomst vruchtbaar samen te werken, met een heldere taakverdeling, gericht op dezelfde doelen. Ook een goed idee. Laten we pleiten voor een
bibliotheekharmoniewet waarin iedere schakel , ieder radertje, ieder chipje van het bibliothekennetwerk een mooie plek krijgt.
(Hallo, bibliotheekgebruiker, bent u daar nog?).
Wim Keizer
*) Afkortingen:
BNL Stichting Bibliotheek.nl
BOZH Stichting Bibliothekenoverleg Zuid-Holland
HKA Huijsmans en Kuijpers Automatisering
IPO Interprovinciaal Overleg
LSO Landelijke serviceorganisatie
NBD Nederlandse Bibliotheekdienst
OCW Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
PBC Provinciale Bibliotheekcentrale
PDO Provinciaal Directieoverleg
PSO Provinciale Serviceorganisatie
SIOB Sectorinstituut Openbare Bibliotheken
SOOB NH Stichting Overleg Openbaar Bibliotheekwerk Noord-Holland
SPN Stichting Samenwerkende PSO’s Nederland
VNG Vereniging van Nederlandse Gemeenten
VOB Vereniging Openbare Bibliotheken