Voor de vijfde keer heeft er een ‘verkiezing’ van de beste bibliotheek van Nederland plaatsgevonden. De uitgebreide rapportage in Bibliotheekblad (oktober 2013) per bibliotheek geeft een goed beeld van de gedegen wijze waarop de juryleden zich van hun taak hebben gekweten. Er zijn zowel waarderende woorden voor de genomineerde bibliotheken als kritiekpunten en suggesties waarmee deze, maar ook andere, bibliotheken hun voordeel kunnen doen. Als je alles zelf in de hand hebt en als ze in deze tijd van bezuinigingen daar nog de kans voor krijgen! Want zelfs de winnende bibliotheek kreeg kort na de opening al het bericht dat de subsidie met 140.000 euro verlaagd zou worden. Is Arnhem in 2014 ook nog de beste bibliotheek?
Klanttevredenheid
In zijn column in dezelfde editie van
Bibliotheekblad schrijft Eimer Wieldraaijer dat er ongetwijfeld kanttekeningen te plaatsen zijn bij de gehanteerde criteria en de gemaakte keuzes van de juryleden. Klantgerichtheid is een van de criteria die Wieldraaijer noemt. Maar is klantgerichtheid hetzelfde als klanttevredenheid? Leidt het één automatisch tot het ander? Is de beste bibliotheek ook de bibliotheek die elke lezer in het land zich zou moeten wensen? Bezoekers van bibliotheken lijken in het algemeen tevreden te zijn over hun eigen bibliotheek: accommodatie, collectie, diensten, openingstijden, activiteiten, service et cetera. Natuurlijk zijn er altijd wel min of meer specifieke wensen, waaraan de bibliotheek soms niet en soms wel kan voldoen. De lezer kan dan altijd nog de moeite nemen om naar een andere leverancier te gaan. Want dat doet hij toch ook als de eigen bakker, de kruidenier of de slager te duur is, niet de gewenste merkproducten heeft of inmiddels gesloten is. Dus waarom niet naar een bibliotheek gaan die meer biedt dan de eigen bibliotheek?
En er zijn tegenwoordig zoveel andere mogelijkheden om in de leesbehoeften te voorzien: van de digitale of fysieke boekwinkel tot en met internet. Dit nieuwe consumentengedrag vertaalt zich in de uitleencijfers van de openbare bibliotheken. Het is ongetwijfeld ook de drijfveer voor de overheid en de bibliotheekbranche om de blik te richten op de toekomst met een vooral digitale bibliotheekvoorziening. Met dat perspectief is het natuurlijk de vraag of er over een paar jaar nog op dezelfde manier gesproken kan worden van een beste onder de dan nog resterende fysieke openbare bibliotheken.
Aangepast lezen
In 2007 is er een openbare bibliotheekvoorziening tot stand gekomen, die nu al aangemerkt kan worden als goed alternatief voor de fysieke bibliotheek en misschien als de voorloper van de digitale bibliotheek:
Stichting Aangepast Lezen. Niet te bezoeken op een voor het publiek fysiek toegankelijke locatie, maar wel telefonisch, digitaal of schriftelijk bereikbaar. En daarmee toegankelijk en beschikbaar voor mensen voor wie zelfs de beste fysieke openbare bibliotheek van Nederland niet goed genoeg is. Terwijl dat in 2007 wel het ambitieniveau was van de overheid en de VOB: plaatselijke openbare bibliotheken zouden de primaire toegang tot informatie en lectuur moeten zijn, ook voor mensen met een visuele of andere leesbeperking. Hooguit voor de braillelezers zou er een landelijke voorziening moeten blijven bestaan, omdat van een plaatselijke bibliotheek niet verwacht kon worden hierin een functie te hebben.
Openbare bibliotheken zouden een ruime collectie daisy-roms moeten hebben en verder moeten fungeren als schakel tussen lezer en een landelijke voorziening met een ruimere collectie. Boeken - dus ook daisy-roms - haal je zelf op in de fysieke bibliotheek. Er zouden faciliteiten moeten zijn om eventueel met hulp van medewerkers daisy-roms ter plaatse te branden. De fysieke toegang tot het gebouw zou geen probleem zijn en dat gold ook voor de websites. Een afzonderlijke ‘blindenbibliotheek’ zou daarmee wellicht op termijn overbodig zijn, omdat blinden en slechtzienden immers altijd in de eigen woonplaats terecht zouden kunnen. Een perspectief van nog maar zeven jaar geleden.
De belangenorganisatie van blinden en slechtzienden Viziris plaatste wel kanttekeningen bij dit ambitieniveau. Als je deze specifieke doelgroep wilt bedienen, moet je wel weten op welke aspecten van bereikbaarheid en toegankelijkheid je moet letten. En schakel de belanghebbenden daarbij in!
Beperkte evaluatie
Ik denk dat van de beoogde verschuiving van een landelijke blindenbibliotheek naar de dienstverlening door de plaatselijke bibliotheken betrekkelijk weinig terecht is gekomen. Bekendheid geven aan en verwijzen naar Aangepast Lezen is het maximaal haalbare gebleken, maar dat werd al meer dan dertig jaar gedaan. Een evaluatie van de praktische uitrol heeft zich beperkt tot de wijze waarop extra subsidies zijn besteed en de tevredenheid van bibliotheekmedewerkers daarover. Maar wat de doelgroep die behouden of binnengehaald moest worden ervan heeft ervaren, is niet eens aan hen gevraagd. Het kanaal van de openbare bibliotheek heeft nauwelijks geleid tot een extra instroom van lezers bij Aangepast Lezen. Niemand weet dus waar de mogelijke uitvallers zijn gebleven en waarom zij afgehaakt hebben. Ongetwijfeld ook in de beste bibliotheken.
Het oude ideaal dat de plaatselijke bibliotheek er voor iedereen moet zijn, blijkt kennelijk toch niet realistisch te zijn geweest. Viziris heeft in 2007 de mogelijkheden van openbare bibliotheken juist ingeschat, nog niet wetend dat de crisis de situatie niet verbeterd heeft. Winst van de opname in het stelsel van openbare bibliotheken was wel dat er na ruim 100 jaar een krachtige landelijke openbare bibliotheekvoorziening voor mensen met een beperking tot stand is gekomen.
Digitale bibliotheek
De juryleden hebben in hun werk betrekkelijk weinig aandacht besteed aan de criteria van bereikbaarheid, toegankelijkheid en beschikbaarheid van faciliteiten voor de groep lezers die moeite hebben om de gewone boeken te lezen. De vraag had gesteld kunnen worden hoe het in dat kader gesteld is met bij voorbeeld de bereikbaarheid van de locatie met openbaar vervoer, de bewegwijzering, de verlichting en de beschikbaarheid van een kennismakingscollectie daisy-roms. In de beste bibliotheek van Nederland ontbreken deze laatste media overigens geheel en al! En hoe zit het met de aanwezigheid en zichtbaarheid van behulpzaam personeel? Steeds meer uren van de week hebben de lezers te maken met onbemenste bibliotheken. En hoe zit het met de toegankelijkheid van de website en daarmee ook van de catalogus, die inzicht moet geven in de aanwezigheid en beschikbaarheid van titels?
Vooralsnog zal de fysieke bibliotheek er ook moeten zijn voor mensen die minder goed gaan zien en gewend waren de plaatselijke openbare bibliotheek te bezoeken. Als er een verschuiving plaatsvindt van de fysieke naar de digitale bibliotheek is de toegankelijkheid van de catalogus voor mensen met een leesbeperking van het grootste belang. Maar of bij de ontwikkeling daarvan rekening wordt gehouden? Als dat wel gebeurt, biedt de digitale bibliotheek nieuwe kansen en mogelijkheden om blinden en slechtzienden echt te betrekken bij het openbare bibliotheekwerk. Dat zal echter niet van de ene op de andere dag gerealiseerd zijn.
De meeste fysieke bibliotheken bereiden zich voor op een andere aanpak van het werk. Met minder locaties en medewerkers en vaak met inwoning bij andere maatschappelijke en soms gemeentelijke organisaties. Wie heeft er dan nog aandacht voor het motto dat de bibliotheek er voor iedereen moet zijn? Of is dat een ideaal uit een lang vervlogen tijd?
Daarom zou het misschien goed zijn bij een volgende wedstrijd
beste (fysieke) bibliotheek ervaringsdeskundigheid vanuit deze groep een plaats te geven in de jurering. Ik denk dat organisaties als de
Oogvereniging en
Accessibility hiervoor dan best uitgenodigd willen worden.
Ad van der Waals