Eigenlijk begon het zogenoemde sleutelproject al in 2008, met het verschijnen van het rapport
Innovatie met effect van de commissie-Calff. Dat was voor het ministerie van OCW het startsein om ingaand 2009 jaarlijks zo’n € 17 miljoen OCW-geld in landelijke digitale ontwikkelingen voor openbare bibliotheken te steken. Sindsdien doken er van tijd tot tijd berichten op over de voortgang of juist de stagnatie, maar voor mij bleef met name die NBC een ijsberg waarvan veel onder water zit. Er is sprake van metadata, van verschillende opvattingen over wat er allemaal in ‘de velden’ van die metadata moet zitten, van exploitatierechten en van financiële belangen.Twee namen duiken hierbij steeds op: Online Computer Library Center Inc. (OCLC) en NBD Biblion. Ook is sprake van ingewikkelde koppelingen met de lokale/regionale bibliotheeksystemen.
Je kunt je afvragen of iets wat al in 2008 een uiterst belangrijk project gevonden werd en in april 2015 nog steeds niet voor alle openbare bibliotheken beschikbaar is, een ‘sleutelproject’ genoemd mag worden. Ik denk dat er vrijwel geen openbare bibliotheek (meer) is die op de NBC zit te wachten. Bibliotheken hebben al lang eigen, lokale sleutels moeten vinden om relevant te blijven voor hun voornaamste financier, de gemeente. Is de NBC eigenlijk niet een heel erg uit de hand gelopen hobby van enkele specialisten?
Na d
e Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA) in maart 2014 zijn in april 2015
de Zeeuwse bibliotheken aangesloten. Hoe het verder gaat, is nog grotendeels onbekend. Op mijn vraag of ik de planning kan krijgen, antwoordde Christine Smittenaar, hoofd Corporate Communicatie van de Koninklijke Bibliotheek (KB), mij in maart dat er ‘een rapportage’ aankomt. Die kreeg ik 13 april binnen in de vorm van een memo.
Het stuk (pdf) geeft een beeld van wat de NBC moet worden. Naast de OBA en Zeeland zijn volgens dit memo ook de bibliotheken Haarlemmermeer en Nieuwegein ‘live’. Het stuk benoemt knelpunten en oplossingen, in relatie tot de twee meest gangbare lokale/regionale bibliotheeksystemen, die van HKA en Infor. ‘De uitrol voor HKA-bibliotheken (70% van de branche) zal dit jaar geen grote vlucht kunnen nemen.’ Voor Infor-bibliotheken wordt aansluiting bij een aantal verwacht. Voor ‘geïntegreerde totaaloplossingen’ is de hoop op 2016 gevestigd. Bij het stuk zit als bijlage een
brief van Diederik van Leeuwen (pdf) van 24 december 2014 die ik niet eerder gezien had. Daarin wijt hij de ‘aanzienlijke vertraging’ van de NBC aan de diversiteit in de branche. Volgens hem is de NBC meer toekomstbestendig dan oorspronkelijk was bedacht. Maar daardoor is hij wel complexer geworden en duurt de realisatie langer.
De aanleiding voor m’n vraag was het door OCLC
in januari gemelde bericht over de afspraak van KB en OCLC gedurende 2015 te werken aan ‘de totstandkoming van een nieuwe, toekomstgerichte, meerjarige overeenkomst ter ondersteuning van de NBC en de onderliggende infrastructuur voor openbare bibliotheken.’
‘Hierbij vormt de aansluiting op het door het UKB [samenwerkingsverband universiteitsbibliotheken en KB – wk] ingezette traject naar
WorldShare een belangrijk uitgangspunt’, aldus OCLC, dat verder zei: ‘De voorbereiding op de overeenkomst die vanaf 2016 ingaat, zal inhoudelijk gericht zijn op efficiënt metadatabeheer, zichtbaarheid en toegankelijkheid van informatie, een efficiënte oplossing voor het IBL [interbibliothecair leenverkeer – wk] en een goede aansluiting op lokale processen van openbare bibliotheken. Tevens wordt een transitieplan voor de verplaatsing van de onderliggende GII-infrastructuur [Gemeenschappelijke Informatie-Infrastructuur – wk] naar WorldShare uitgewerkt voor de openbare bibliotheken.’
Het is mij niet duidelijk wat dit allemaal betekent en hoe ingewikkeld en tijdrovend zo’n ‘transitieplan’ is, maar kennelijk zijn er tussen 2008 en 2015 weinig efficiënt metadatabeheer, weinig zichtbaarheid en toegankelijkheid van informatie, weinig efficiënte oplossingen voor het IBL en weinig goede aansluitingen op lokale processen van openbare bibliotheken geweest. Dit roept de vraag op welke (dwaal?)wegen BNL de afgelopen jaren bewandeld heeft.
Laten we eens terugkijken naar berichten die we in de loop der jaren gehad hebben.
2008: wereldwijd
Het in november 2008 verschenen rapport
Innovatie met effect (pdf) meldde als één van de belangrijke resultaatgebieden:
‘Aansluiting van alle openbare bibliotheken op de landelijke en wereldwijde informatie-infrastructuur: alle collecties van alle openbare bibliotheken, papieren, digitaal of anderszins, moeten vindbaar en vrij toegankelijk zijn, maximaal geïntegreerd met andere bibliotheekcollecties in Nederland (o.a. van de KB, de UB’en en andere wetenschappelijke en/of speciale bibliotheken) en wereldwijd, op termijn mogelijk ook met niet-bibliotheekcollecties.’
En: ‘De metadata van de Openbare Bibliotheekcollecties dienen ontsloten te worden door integratie in de wereldwijde informatie-infrastructuur. Een voor de hand liggende optie is om in overleg te treden met het Consortium GII en/of om aan te sluiten op WorldCat van OCLC, waarin op dit moment een groot deel van het bezit van Nederlandse bibliotheken te vinden is.’
2009: het Funda van de bibliotheken
In 2009 vond Bart Drenth, programmamanager van de Projectgroep Bibliotheekinnovatie die voorafging aan de oprichting van het Sectorinstituut Openbare Bibliotheken (SIOB) en BNL per 1 januari 2010 dat een nationale bibliotheekcatalogus
de kern is van de bibliotheekvernieuwing. Hij noemde die ‘het Funda van de bibliotheken’: alle fysieke materialen en alle digitale content van alle Nederlandse bibliotheken (OB’en, UB’en en KB) in één zoekgang toegankelijk.
2010: waarom niet meteen naar WorldCat?
In de eerste periode van de NBC was er bij BNL, nog ten tijde van Peter van Eijk, sprake van Europese aanbestedingen waaraan zowel OCLC als NBD Biblion (met zijn partner Ex Libris) meededen. Maar ik kan me niet herinneren ooit gehoord te hebben wat daaruit kwam.
In een artikel in de
Nieuwsbrief Nieuw Bibliotheekwerk van mei 2010 (
hier te vinden - pdf) vond Johan Stapel, toen hoofd Catalogisering & Metadatabeheer bij de KB en via BNL nu teruggekeerd naar de KB, het veelbelovend dat de VOB was toegetreden tot het GII-consortium van KB, universiteitsbibliotheken (UB’en) en Plusbibliotheken. Het GII-consortium had/heeft een contract met OCLC. Stapel liet zien wat er in Nederland aan collecties en catalogi bestond en wat daarvan wel of niet al aan elkaar gekoppeld was. Hij schetste problemen rond de NBC, maar ook perspectieven.
In december 2010 vroeg Josje Calff (toen nog UB Leiden en lid van de Raad van Toezicht van het SIOB) zich
op de forumsite Bibliotheek 2.0 (nu Open Bibliotheken) af waarom BNL vele miljoenen besteedt aan een eigen NBC en waarom ook de openbare bibliotheken niet meteen overgaan op WorldCat.
Nu, na ruim vijf jaar, lijkt het er alsnog van te komen, getuige het bericht van OCLC.
Ook in december 2010 publiceerde het SIOB een verontrustend klinkende brief van Ap de Vries (VOB), Rob Pronk (Plusbibliotheken), Gerard van Dijk (waarnemend directeur SIOB) en Peter van Eijk (BNL) aan de stuurgroep van het GII-consortium, waarvan Bas Savenije (KB) voorzitter was. De brief was een reactie op een visiedocument van het GII-consortium.
Aangezien dat visiedocument merkwaardigerwijs zelf niet gepubliceerd was, vond ik de brief tamelijk cryptisch, maar ik citeerde eruit: ‘Cruciaal in de uitvoering is dat de visie van het GII-consortium één op één aansluit op de NBC. De OB-sector ontwikkelt op dit moment de NBC met een Open Index die het mogelijk maakt om een koppeling te leggen tussen allerlei bronnen.’
En: ‘Het ontwikkelen van meerdere indexen, zoals u dat stelt in het visiedocument, lijkt ons geen logische stap, gezien de mogelijkheden die de NBC en de Open Index bieden.’
En: ‘Wij zijn van mening dat gekozen moet worden voor gezamenlijke ontwikkeling of voor een eigen ontwikkeling, maar niet voor beide.’
In de brief stond ook dat er geen vendor lock-in moet optreden en dat de openbare bibliotheken voldoende invloed moeten kunnen uitoefenen om de indexen in de toekomst snel en slagvaardig te kunnen doorontwikkelen met allerhande bronnen. Verder wilden de briefschrijvers uitwerking van het punt van eigenaarschap en gebruikersrecht van/op de infrastructurele componenten. Ook wilden ze verlaging van de exploitatielasten, gezien de bezuinigingen in het openbare bibliotheekwerk.
Toen ik nader informeerde bleek het visiedocument, dat ik in handen kreeg, nog een
conceptnotitie te zijn. Er stond o.a. in dat OCLC cruciaal is voor alle kernelementen van een gemeenschappelijke infrastructuur, maar dat OCLC de exclusieve exploitatierechten bezit op het hergebruik van metadata in het GGC. ‘Dit betekent dat het Consortium nieuwe afspraken met OCLC moet maken om de NBC vanuit het GGC te kunnen vullen. Voor de metadata van de OB gelden ook beperkingen ten aanzien van het hergebruik van metadata in niet-lokale catalogi. In de gebruikslicenties die met NBD/Biblion zijn afgesloten staat dat titelgegevens niet zonder toestemming mogen worden doorgeleverd of in een bredere context hergebruikt.’
En verder: ‘In UB-kringen gaan stemmen op om de activiteiten op het gebied van catalogisering en metadatamanagement te verplaatsen van het GGC naar WorldCat (ook van OCLC).’
2011: UB’en doen niet mee
In maart 2011 verscheen er een onderzoeksrapport van Maurits van der Graaf van bureau Pleiade
waarin hij meldde dat UB’en niet meedoen aan de NBC en OB’en samen met de KB bouwen aan een Open Index (NBC). In april volgde een
persverklaring van Bas Savenije van de KB en Peter van Eijk van BNL op basis van dit rapport: KB en BNL beginnen zonder UB’en aan de NBC als Open Index.
In juni 2011 kwam er uit de Stuurgroep GII een
vervolg-visiedocument. Daarin stond: ‘Voor een nieuw ontwerp van een gemeenschappelijke informatie-infrastructuur is verder overleg met OCLC een belangrijke stap. Het is noodzakelijk om de gemeenschappelijke infrastructuur te koppelen aan diensten die door de Nederlandse bibliotheken gebruikt worden. Daarvoor is het van belang te bepalen welke componenten van die infrastructuur voor welke doelgroepen kunnen worden ingezet. In de vernieuwde GII moet het mogelijk zijn diensten van andere leveranciers dan OCLC te koppelen. De Nederlandse metadata-database GGC [het Gemeenschappelijke Geautomatiseerde Catalogiseersysteem, waarvan OCLC de eigenaar is – wk] sluit al goed aan bij het internationale WorldCat [eveneens van OCLC], maar moet ook het gebruik van bijvoorbeeld backoffice-functionaliteiten en ‘
discovery layers’ van andere leveranciers faciliteren.’
Uit reacties bleek dat dit verhaal meer vragen opriep dan beantwoordde.
2012: alle bibliotheken aangesloten
Eind febuari 2012 kwam BNL
met het bericht dat zij een dienstenovereenkomst afgesloten had met OCLC om alle openbare bibliotheken met hun complete collectie aan te sluiten op het GGC van OCLC. ‘Hiermee wordt een stevig fundament gelegd onder de NBC. Bovendien wordt de gezamenlijke bibliotheekcollectie (“Collectie Nederland”) wereldwijd vindbaar op internet via WorldCat.org.’ En: ‘In 2012 worden naar verwachting alle 170 basisbibliotheken aangesloten op de NBC. BNL en OCLC werken reeds samen bij de registratie van de totale titel- en bezitsgegevens van de bibliotheken in het GGC.’
Wat er gebeurd was tussen 2008 en februari 2012 werd niet duidelijk. Wel is inmiddels glashelder dat eind 2012 niet alle basisbibliotheken op de NBC waren aangesloten. Het aantal was nul (0). Blijkbaar iets te optimistisch geschat.
2013: wordt mooier, duurt langer
In juni 2013 stelde Edwin Mijnsbergen voor
Bibliotheekblad zes vragen over de voortgang van de NBC aan Sander van Kempen en Johan Stapel van BNL. Ik vat de antwoorden maar samen als: het is ingewikkeld met al die spelers en belangen, het wordt later dan eerst de bedoeling was, maar het wordt ook veel mooier. Ik heb dat al eens de NBC+++ genoemd.
Wat blijkens de antwoorden meespeelde, is dat BNL eerst ook aan
het e-bookplatform moest werken. Ik begrijp dat het nog niet klaar is. Pas later zal dat e-bookplatform gekoppeld worden aan de NBC.
Bij
een BNL-bijeenkomst in september 2013 zei Sander van Kempen dat de NBC alleen maar een succes kan worden als 'we' er samen iets moois van maken. De partijen waar 'we' uit bestaan zijn BNL, OCW, de KB, de openbare bibliotheken, de Provinciale Serviceorganisaties (PSO’s), OCLC en de leveranciers van lokale/provinciale bibliotheekautomatiseringssystemen, zoals HKA en Infor. Van Kempen noemde het een complex verhaal. In wezen is de NBC+ een geavanceerde zoekmachine en de eerste bibliotheek die er ‘dit najaar’ gebruik van zal maken is de OBA. De rest volgt in 2014, zo meldde van Kempen.
Tijdens de bijeenkomst werd ook gesproken over de inmiddels in gang gezette bezitssynchronisatie van het bezit van openbare bibliotheken in het GGC van OCLC. Er waren vertragingen, maar naar voren kwam dat bibliotheken vonden dat het niet alleen aan hen ligt, maar ook aan BNL en OCLC, daar het GGC niet geschikt is voor alles wat openbare bibliotheken aan collecties hebben.
Op
een werkconferentie in oktober 2013, waar de VOB-strategie van de Open Deuren werd besproken, bleek dat men niet tevreden was over de voortgang van de NBC. Het verslag meldt: Over de NBC (waar ook ‘content en context’ aan gekoppeld zit, met als trekker het SIOB), is de conferentie minder tevreden: 'De werkconferentie beveelt het SIOB aan om aan te geven wat er wanneer gaat gebeuren in 2014, een concrete planning met
deliverables.'
Ik heb niet gezien of de vraag om een concrete planning inmiddels ook aan de KB gesteld is.
2014: ’t is complex
In het jaarplan 2014 van BNL, waar
Bibliotheekblad.nl in januari 2014
aandacht aan besteedde, werd opnieuw gesproken over de grote complexiteit van alle werkzaamheden. Het Jaarplan liet ook zien dat de NBC+ slechts een ‘backend’ is. Op het Application Programming Interface (API) van dit backend kunnen externe partijen/leveranciers zelf hun ‘frontend’ (bedoeld voor de gebruiker) aansluiten.
In januari 2014 had ik met een insider van de KB een gesprek waaruit bleek dat de UB’en naar WorldCat willen (nu WorldShare), maar dat er werkzaamheden zijn, ook van de KB zelf, die wel in het GGC kunnen, maar niet in WorldCat. Een idee zou zijn van het GGC een Nederlandse ‘view’ op WorldCat te maken. OCLC zou van het GGC (als apart product) af willen. Openbare bibliotheken zouden nog de enige zijn die het GGC gebruiken. Het punt was: kan alles op WorldCat? De insider zei dat de KB alles wat voor UB’en, OB’en en zichzelf gemeenschappelijk gedaan kan worden ook graag gemeenschappelijk wil doen, maar als dat niet lukt de belangrijke vraag is:
wat kost het en wie betaalt het?
Ik heb me ook laten uitleggen dat het bij catalogusgegevens een kwestie is van velden. Vergelijk het met een formulier met bijvoorbeeld dertig vakjes. Als bibliotheken gewend zijn dat al die dertig vakjes apart worden ingevuld (om een boek adequaat te kunnen beschrijven), dan wordt het lastig terug te gaan naar vijftien vakjes, als een nieuw catalogussysteem als bijvoorbeeld WorldCat er niet meer heeft dan die vijftien. De vraag is wel of die dertig vakjes werkelijk nodig waren en zijn en of ook met vijftien kan worden volstaan.
In februari 2014 deed het VOB-bestuur
een adviesaanvraag aan de VOB-commissie Digitale ontwikkeling. Gevraagd werd o.a. een visie op de verhoudingen tussen de branche, commerciële partijen en branchebedrijven (waaronder een krachtenveldanalyse en spelregels). Ook een advies over wat onder de landelijke digitale infrastructuur (LDI) gerekend dient te worden (rijksfinanciering) en wat de verantwoordelijkheid is van het lokale/provinciale bestuur. En verder: entameren van een inspirerende en enthousiasmerende discussie over de integratie van fysieke en digitale dienstverlening op lokaal niveau.
Kennelijk wou de VOB het initiatief in eigen hand nemen, want de vraag wat er precies wel of niet bij de LDI hoort, lag er eerder al bij het SIOB (en nu de KB).
In maart 2014 werd bekend dat de OBA de eerste openbare bibliotheek is die
werd aangesloten op de NBC. Gemeld werd dat er ‘de komende maanden’ meer bibliotheken zullen volgen en dat ze in 2015 allemaal zullen zijn aangesloten.
Nou, het kan nog…ook al bleef het in 2014 alleen bij de OBA. Maar het memo van maart laat al zien dan het ook later zal worden dan 2015.
In mei 2014 kwam er een
een nieuw rapport van Maurits van der Graaf, over de toekomst van de NBC. Hij zag ‘
innovatie aan de voorkant’: de gekozen opzet van de NBC+ maakt deze zeer geschikt om op technische ontwikkelingen in te spelen teneinde de catalogus te verrijken, innovatieve interfaces en apps te (laten) ontwikkelen en de zichtbaarheid en vindbaarheid van de catalogus en de catalogusgegevens op internet te vergroten en de dienstverlening rond de catalogus uit te breiden.
En ‘
efficiëntie aan de achterkant’: met de ontwikkeling van de NBC+ en een aantal andere infrastructurele elementen op landelijk niveau krijgen de lokale bibliotheeksystemen (
integrated library system - ILS) een andere, kleinere rol. Efficiëntie kan bereikt worden door de invoering van ‘
lightweight ILS-en’ en of één ‘
multitenant ILS-systeem’ in de cloud.
Op 30 september 2014 was ik bij een interessante
KB-bijeenkomst over een project ‘Bibliotheekcollecties in het netwerk’. De dag ging ook over beeld, geluid en erfgoedcollecties, de ambities leken onbeperkt. Enno Meijers van BNL meldde dat de vraag welke collecties de NBC gaat ontsluiten mede bepaald wordt door de uitkomsten van dit KB-project. 'Dat is best een ingewikkelde puzzel', zei Meijers. De NBC+ is gemaakt voor het vindbaar maken van bibliotheekcollecties van openbare bibliotheken en de KB, maar is breder inzetten van de NBC+ wenselijk? Er was sprake van meerdere ‘
hubs’ waarvan de NBC er maar één was. Waar je voor kiest, is volgens hem een politieke keuze.
2015: geen inspirerende discussies
In januari 2015 publiceerde ik een uitgelekt
zes-puntenplan van de VOB-commissie Digitale ontwikkeling. Het bleek al in september 2014 te zijn gemaakt, als reactie op de in februari 2014 verschenen adviesaanvraag van het VOB-bestuur. De VOB wilde niet zeggen wat er met de notitie gedaan is of gedaan zal worden. In een gastblog
pleitte ik er eind januari voor de boel weer eens open te gooien en die inspirerende en enthousiasmerende discussies die het VOB-bestuur in februari 2014 wilde nou eindelijk eens te gaan voeren.
Ik vermoed dat er rond die LDI, en daaraan gekoppeld de nog steeds ontbrekende visie op ‘de digitale bibliotheek’, lastige technische en financiële problemen liggen, die VOB en KB liever onder de pet houden. Zolang lenersadministraties en catalogi wel gecentraliseerd kunnen worden, maar exemplaar- en uitleenadministraties (zijnde de tijdelijke, steeds wisselende koppelingen van leners aan exemplaren) in de lokale/regionale ILS’en blijkbaar niet, zijn er ingewikkelde koppelingen tussen landelijke en lokale/regionale systemen nodig. Bij die LDI zullen dus grijze gebieden zijn. Zijdelings ben ik ook benieuwd wat de VOB wil met haar Commissie Digitale ontwikkeling, want die lijkt aan de kant geschoven te zijn.
Een insider meldde me mondeling dat ik aan het eind van dat gastblog in januari de goede discussievragen had gesteld. Ik kan er nog wel oude vragen aan toevoegen: wat is de
social return on investment (SROI) van een NBC? Wie zitten er precies op te wachten? Wat is er werkelijk aan de hand geweest en nog aan de hand met de ijsberg NBC? Is er ooit goed nagedacht over wat die NBC wel of niet moet kunnen, als je eind 2014 nog hoort dat de keuzes die daarbij gemaakt moeten worden ‘een politieke kwestie’ zijn (lees: hoeveel geld is er?)? Hoeveel miljoenen OCW-geld zijn er gestoken in welke oplossingsrichtingen? Is het nog wel een geloofwaardig project te noemen, een sleutelproject? Is het wel verantwoord aan dit landelijke project tientallen miljoenen euro’s te blijven besteden, terwijl bibliotheken ieder dubbeltje moeten omdraaien om nog een beetje fatsoenlijke dienstverlening te kunnen bieden? Het leenrecht had met de OCW-gelden vele malen afgekocht kunnen worden. Of zie ik iets belangrijks over het hoofd?
Ongetwijfeld spelen in het hele verhaal ook de financiële belangen mee die het VOB-bestuur door de commissie Digitale ontwikkeling besproken wilde hebben (‘verhoudingen tussen de branche, commerciële partijen en branchebedrijven’. Lees o.a. OCLC en NBD Biblion). Wie zijn eigenaren van voor cataloguswerk benodigde metadata en wie betaalt voor wat c.q. verdient aan wat? Wat kosten die contracten met OCLC eigenlijk? Welke rol speelt NBD Biblion?
Ik ben maar een journalist die goed teksten kan lezen, maar weinig verstand heeft van ict. Ik nodig mensen die meer helderheid kunnen bieden nadrukkelijk uit te reageren. Het valt me overigens wel op dat er in 2010
aanzienlijk openhartiger werd gediscussieerd dan in 2015. Waar ligt dat aan? Er is toch niet overal en toch zeker niet bij de VOB en de KB een door blogger Joost Heessels beschreven
angstcultuur die later ook in een door FNV Publieke Zaak gemaakt
verslag gesignaleerd werd?
Wim Keizer