Interessante discussie over de vraag wie eigenlijk “een bibliothecaris” is.
Wat in deze discussie volgens mij onderbelicht is gebleven is de meer algemene vraag wanneer er sprake is van “een beroep”, “een vak” of “een specialisme”.
In de tijd (jaren negentig) dat ik nog actief was voor de afdeling Openbare Bibliotheken binnen de Nederlandse Vereniging van Bibliothecarissen (NVB) heb ik dit vraagstuk al eens aan de orde gesteld, maar dat zijn veel mensen natuurlijk al lang vergeten. Er bestaat ook geen NVB meer.
Hierbij een poging een paar kenmerken te noemen van “een beroep” (aanvullingen van harte welkom):
- Er is een specifieke beroepsopleiding;
- Er is een specifieke beroepsorganisatie (kan tevens vakbond zijn);
- Een beroepsbeoefenaar moet zich door technische en maatschappelijke ontwikkelingen voortdurend laten bijscholen om z’n vak behoorlijk te kunnen uitoefenen;
- Iemand van “buiten” kan niet binnen korte tijd en zonder aanzienlijke scholing en bijscholing het desbetreffende beroep beoefenen;
- Binnen de instelling of het bedrijf waarin de beroepsbeoefenaar werkt bestaat een substantieel organisatieonderdeel, waarin het mogelijk is carrière te maken als beroepsbeoefenaar en een goed salaris te verdienen, zonder noodzaak een managementfunctie te vervullen of eindverantwoordelijk manager voor de hele instelling of het hele bedrijf te worden.
Uit eigen ervaring ken ik drie beroepen wat beter dan andere: verkeersvlieger, journalist en bibliothecaris.
Laten we eens lijken naar de genoemde criteria.
Voor bibliothecaris bestaat geen specifieke beroepsopleiding meer, nog wel voor verkeersvlieger en journalist.
Er zijn een Vereniging Nederlandse Verkeersvliegers (VNV, tevens vakbond) en een Nederlandse Vereniging van Journalisten ( NVJ, tevens vakbond). Er is geen NVB meer. Wel een KNVI, maar wat is eigenlijk “een informatie professional”? Dat is een journalist ook.
Wie verkeersvlieger wil blijven, moet zich voortdurend laten bijscholen en regelmatig keuringen ondergaan. Voor journalisten geldt het wat minder, maar ook hier kom je er niet zonder bijscholing. Maar hoe zit het met bijscholing voor bibliothecarissen?
Iemand kan op latere leeftijd niet zo maar verkeersvlieger worden, naar zal daar heel wat scholing en training voor moeten ondergaan. Ook journalist kun je op latere leeftijd niet zo maar worden (hoewel er talentvolle uitzonderingen zullen zijn). Kan iedereen die een paar jaar in een bibliotheek meeloopt wel zo maar bibliothecaris worden? Of het waar is, weet ik niet, maar het wordt wel erg veel en vaak gedacht.
Je kunt binnen een luchtvaartmaatschappij je hele werkzame leven verkeersvlieger zijn en daar flink geld mee verdienen zonder ooit ergens manager binnen die luchtvaartmaatschappij te worden of eindverantwoordelijk directeur.
Je kunt binnen een krantenredactie journalist zijn en blijven en zelfs als je hoofdredacteur wordt, hoef je nog geen directeur van het hele krantenbedrijf te worden (hoewel het wel voorkomt).
Bibliotheken hebben echter niet een apart bedrijfsonderdeel met bibliothecarissen. Wie carrière wil maken en/of wat meer wil verdienen, is welhaast gedwongen manager te worden of eindverantwoordelijk directeur.
Terugkijkend moet ik helaas concluderen dat “bibliothecaris” vergeleken met de andere twee een zeer zwak beroep is. Ik heb niet onmiddellijk een oplossing voor de versterking ervan.
Deze reactie heb ik ook geplaats bij de vele reacties op het blog
Ten Aanval van
Jeanine:
http://www.tenaanval.nl/kanttekeningen-bij-de-beste-bibliothecaris-verkiezing/#comment-110508